Intern risicomanagement
Welkom > Inhoudsopgave > Bestuursverslag > Intern risicomanagement
Intern risicomanagement
Binnen VGA is risicomanagement een integraal onderdeel van de dagelijkse werkzaamheden. VGA analyseert, monitort en bewaakt binnen de eigen organisatie de risico’s die het behalen van de doelstellingen kunnen bedreigen. De nasleep van de Covid pandemie, de oorlog in Oekraïne, de verhardende verzekeringsmarkt en het groeiend aantal cyberaanvallen hebben allemaal in meer of mindere mate een impact op het totale risicobeeld van VGA. Op het waarborgen van de bedrijfscontinuïteit in deze telkens veranderende wereld ligt vanuit risicomanagement de focus. Dit doen wij door de verschillende risico’s te onderscheiden en daar adequate maatregelen op te nemen.
In 2022 heeft VGA over het thema cybersecurity diverse interne bewustzijnssessies georganiseerd. Als medewerkers zich bewust zijn van cyberrisico’s en daarop adequaat kunnen inspelen, wordt de kans op een geslaagde cyberaanval of een datalek verlaagd. Veel datalekken of cyberaanvallen ontstaan namelijk door menselijk handelen.
Binnen het risicomanagement-model zijn de risico’s, het risicoprofiel en de risicobereidheid vastgelegd. Het intern risicomodel is gebaseerd op de meest bedrijfskritische processen. Op basis van deze processen worden de risico’s bepaald in het intern risicomodel conform de door DNB opgestelde Financiële Instelling Risicoanalyse Methode (FIRM).
De risico’s worden onderverdeeld in de onderstaande categorieën:
- Verzekeringstechnisch risico – het niet kunnen financieren van uitkeringen nu en in de toekomst vanuit de premie- en/of beleggingsinkomsten;
- Omgevingsrisico – veranderingen buiten de invloedssfeer van VGA op gebied van concurrentieverhoudingen, belanghebbenden, reputatie- en ondernemingsklimaat;
- Marktrisico – negatieve gevolgen van wijzigingen in de marktwaarde van financiële instrumenten;
- Kredietrisico – daling van waarde van beleggingen en andere financiële vorderingen;
- Liquiditeitsrisico – onvoldoende beschikking over liquiditeiten om aan directe verplichtingen te kunnen voldoen;
- Renterisico – betaling negatieve rente/afnemende rente obligaties/daling van de waarde van de beleggingen door stijgende marktrente;
- Operationeel risico – falen of tekortschieten van interne processen, menselijke en technische tekortkomingen en onverwachte externe gebeurtenissen;
- Uitbestedingsrisico – continuïteit, integriteit en/of kwaliteit van uitbestede werkzaamheden aan derden niet voldoende gewaarborgd;
- IT-risico – bedrijfsprocessen en informatievoorziening zijn onvoldoende integer, niet continue of onvoldoende beveiligd;
- Integriteitsrisico – niet integer gedrag of onethisch gedragingen door medewerkers van VGA;
- Juridisch risico – veranderingen in de wet- en regelgeving die mogelijk de rechtspositie van VGA bedreigen.
Het identificeren van risico’s en het benoemen van de beheersmaatregelen is voornamelijk belegd in de eerste lijn (management primaire activiteiten) door de leidinggevenden; de ondersteuning en monitoring vindt plaats binnen de tweede lijn (bedrijfsvoering, control en risicomanagement) door de riskmanager waarbij de samenwerking met de compliance officer structureel is ingebed. De verplichte sleutelfuncties zijn door VGA intern (riskmanagement- en compliance functie) en extern (actuariële en auditfunctie) ingevuld. Alle sleutelfuncties hebben overleg met elkaar, zowel structureel als incidenteel. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor het risicomanagement. De risicomanager rapporteert halfjaarlijks aan de raad van commissarissen.
Fraude- en integriteitsrisico
VGA hanteert een zero tolerance beleid inzake fraude en integriteitsschendingen. VGA zet zich actief en consistent in om fraude en integriteitsschendingen te voorkomen en te bestrijden.
Het bewaken van een integere bedrijfsvoering geschiedt op basis van het “three lines of defence model”. De eerste verdedigingslijn ligt bij het lijnmanagement, de tweede bij de actuaris, compliance officer en riskmanager. De interne auditor (3e lijn) ziet toe op de kwaliteit van sturing en beheersing van risico’s binnen de organisatie.
VGA hanteert richting haar medewerkers de gedragscode van de gemeente Amsterdam waarin de ambtelijke integriteit is vastgelegd. Indien een overtreding van deze code wordt geconstateerd, wordt er een zorgvuldig en degelijk onderzoek gedaan. Tevens leggen medewerkers de eed of belofte voor ambtenaren af en de eed of belofte voor het werken in de financiële sector. Het fraudebeleid van VGA is gericht op preventie, voorkoming en bestrijding van fraude. Onderdeel van dit beleid is onder andere de beoordeling van leveranciers, tegenpartijen en controle op sanctielijsten in het kader van terrorismefinanciering. VGA heeft een fraudecoördinator (FC) die zorg draagt voor de bewustwording binnen de organisatie met als doel om fraude signalen te herkennen en te (laten) onderzoeken.
Jaarlijks wordt door de compliance officer en de risicomanager de Systematische Integriteits Risico Analyse (SIRA) opgesteld. Ieder jaar worden aan de hand van scenario’s zowel de interne als externe fraude - en integriteit risico’s beoordeeld en vastgelegd. Daarbij wordt de risicobereidheid van onze organisatie binnen deze scenario’s getoetst alsook of beheersmaatregelen effectief zijn ingericht.
Solvency II
Het toezichtraamwerk Solvency II stelt diverse eisen aan VGA als verzekeraar. De gedelegeerde verordening stelt eisen op het gebied van governance, kapitaal en informatievoorziening. Het Solvency II raamwerk is daarnaast verder uitgewerkt in technische standaarden en richtsnoeren van de European Insurance and Occupational Pensions Authority (EIOPA.) De technische standaarden zien met name op te volgen procedures en processen. De EIOPA richtsnoeren geven een nadere toelichting op Solvency II toezichtsnormen en zijn door nationale toezichthouder DNB opgenomen in het regelgevende kader. Het toegepaste risicomanagement van VGA is geënt op de daarvoor omschreven vereisten in het toezichtraamwerk Solvency II. Het raamwerk bestaat uit drie pijlers :
- Pilaar 1: Kwantitatieve eisen voor kapitaalbuffers en de waarderingsgrondslagen (SCR en MCR, Marktwaardebalans);
- Pilaar 2: Eisen die aan risicomanagement en governance worden gesteld, waaronder de ORSA (Own Risk and Solvency Assessment);
- Pilaar 3: Eisen aan de publieke rapportage en transparantie. Per kwartaal QRT’s en jaarlijks de FM (Full Measure staten/QRT) alsmede het Solvency and Financial Condition Report (SFCR) en driejaarlijks het Regulatory Supervisory Report (RSR).
Ter bepaling van de SCR maakt VGA gebruik van de standaardformule, waarbij de bepalingen van de Solvency II-richtlijn, de gedelegeerde verordening, de richtsnoeren zoals uitgebracht door de EIOPA en de Q&A’s zoals gepubliceerd door DNB in acht zijn genomen.
De SCR ratio is het quotiënt van de in aanmerking te nemen Eligible Own Funds (EOF) en de berekende SCR. EOF is in feite het in aanmerking komend eigen vermogen bestaande uit het kernvermogen en het aanvullend vermogen.
Kernvermogen (basic own funds)
Het kernvermogen bestaat uit het positieve verschil van activa ten opzichte van verplichtingen en achtergestelde verplichtingen op marktwaardebasis. Voorbeelden van kernvermogensbestanddelen zijn: gestort aandelenkapitaal, agioreserve en herwaarderingsreserve (zogenaamde reconciliation reserve).
Aanvullend vermogen (ancillary own funds)
Het aanvullend vermogen bestaat uit bestanddelen die opgevraagd kunnen worden om verliezen te compenseren. Het betreft hier dus vermogensbestanddelen die nog niet gestort of opgevraagd zijn. De EOF worden afgeleid uit de economische balans (excess of assets over liabilities), ook wel marktwaardebalans genoemd. Deze economische balans kent als basis de balans zoals opgenomen in de jaarrekening (BW2.9) met waar nodig aanpassingen van waarderingen en classificaties om te komen tot een marktwaardebalans op basis van voorschriften van de Solvency II richtlijn.
Het surplus van EOF ten opzichte van SCR kent een aantal kritische niveaus (interventiegrenzen):
- het niveau dat van belang is om al dan niet tot uitkering van kapitaal of dividend over te gaan;
- het niveau waarop de instelling zal interveniëren om de solvabiliteitspositie te verbeteren door het aantrekken van aanvullend risicodragend vermogen of het verlagen van de risicopositie;
- het vereiste wettelijke niveau van 100%. Als de SCR ratio beneden de wettelijke100% ligt (of een daling tot beneden dit niveau wordt verwacht) wordt de marge tot de MCR van groter belang. Tevens dient een herstelplan te worden ingediend bij DNB.
De SCR ratio voor 2022 van VGA bedraagt 311% (2021: 282%) en de MCR ratio 862% (2021: 975%). De absolute minimumkapitaalvereiste (MCR) voor VGA bedraagt 4.000.000 (2021: 3.706.000). VGA voldoet ruim aan de wettelijke Solvency II kapitaaleis.
Risicobeheer
Het bestuur is verantwoordelijk voor de risicobeheersing van VGA. Minimaal eenmaal per jaar wordt het risicobeheer geëvalueerd en zo nodig aangepast. De raad van commissarissen houdt toezicht op het risicobeheer.
De werkzaamheden van de sleutelfuncties worden jaarlijks vooraf afgestemd met het bestuur en de raad van commissarissen. De sleutelfuncties hebben minimaal drie keer per jaar overleg met elkaar over interne en externe ontwikkelingen. Periodiek wordt door de sleutelfuncties over werkzaamheden en bevindingen gerapporteerd aan het bestuur en de raad van commissarissen.
ORSA
De ORSA voorziet in een toekomstgerichte beoordeling van de solvabiliteitspositie van VGA voor alle jaren van de bedrijfsplanningsperiode. Het bevat ook een beoordeling van de significantie waarmee het risicoprofiel van VGA afwijkt van de aannames die ten grondslag liggen aan het model voor de berekening van de solvabiliteitskapitaalvereiste. Voor ieder planjaar wordt, rekening houdend met de keuzes in het bedrijfsplan en het risicobeheer, een schatting gemaakt van de toekomstige kapitaalbehoefte, de wettelijke en de interne kapitaaleis. Dit wordt voor een basisscenario en een ‘worstcasescenario’ gedaan.
Daarnaast test VGA haar kapitaalpositie tot het uiterste door middel van zogenoemde ‘stresstesten’. Hierbij worden omstandigheden met een financiële impact geïdentificeerd, waarbij het voor VGA moeilijk wordt om aan haar betalingsverplichtingen te blijven voldoen. VGA heeft een ORSA beleid waarin is vastgelegd dat naast de jaarlijkse verplichting een ORSA ook, op basis van vooraf vastgestelde voorwaarden, vaker kan worden uitgevoerd. In 2022 heeft VGA de jaarlijkse aanlevering van de ORSA, op grond van efficiency en actualiteit, verschoven naar het 2e kwartaal 2023. Voortaan zal de ORSA jaarlijks in dit kwartaal worden opgesteld. De rapportage wordt beoordeeld door het managementteam en goedgekeurd door het bestuur en de raad van commissarissen. Bij het opstellen van de ORSA zijn alle relevante disciplines, verantwoordelijken en sleutelfunctionarissen binnen VGA betrokken.
Scenarioanalyses op de huidige en geprojecteerde solvabiliteitspositie eind 2022 tonen geen aanwijsbare en voorziene punten van zorg. De interne kapitaalnorm en de gehanteerde risicolimieten worden als adequaat beschouwd. Het verzekeren van gemeentelijke overheidsrisico’s is afhankelijk van de capaciteit in de herverzekeringsmarkt.
VGA monitort voortdurend op ontwikkelingen binnen deze markt. Mocht er aanleiding zijn dan zal VGA extra kapitaal opbouwen om te bewerkstellige dat de solvabiliteitspositie blijft voldoen aan de door haar gehanteerde normen en limieten. VGA voorziet dat in 2023 de interne kapitaalgrens niet zal worden onderschreden.
Risicoprofiel
Zoals eerder vermeld, omvat VGA Verzekeringen een ambtelijk organisatieonderdeel binnen de gemeente Amsterdam (hierna aangeduid als Directie VGA) en de privaatrechtelijke NV Verzekeringsbedrijf Groot Amsterdam (hierna aangeduid als VGA). De Directie VGA is belast met verzekeringsaangelegenheden in de ruimste zin van het woord en behandelt alle zaken waar de gemeente als veroorzaker of lijder van schade bij betrokken is. Voor de zakelijke markt treedt VGA op als verzekeringsmaatschappij van motorrijtuigenverzekeringen, brandverzekeringen (waaronder rollend materieel, zoals trams) en aansprakelijkheidsverzekeringen. VGA is hierbij de primaire verzekeraar en herverzekert zich per individueel contract via een panel van herverzekeraars. Om te voldoen aan de wettelijke eisen voor verzekeringsmaatschappijen is in 1970 VGA opgericht. De gemeente Amsterdam is enig aandeelhouder van deze vennootschap. VGA is lid van het Verbond van Verzekeraars, en handelt naar de Kernwaarden en Gedragsregels van de Gedragscode Verzekeraars. Ook werkt zij actief mee aan de toetsing van de naleving van deze en overige bindende zelfregulering door de Stichting toetsing verzekeraars.
Risicobereidheid
VGA beschermt optimaal de verzekerbare belangen van de gemeente Amsterdam, de bestuurscommissies, de ambtelijke organisatieonderdelen, deelnemingen en instellingen (de zakelijke markt). Hierbij is de strategie erop gericht de negatieve gevolgen van ongewenste en onverwachte gebeurtenissen te minimaliseren en de risicoblootstelling binnen de vastgestelde limieten van risicobereidheid te houden. De risicobereidheid geeft aan hoeveel risico genomen mag worden bij het nastreven van de bedrijfsdoelstellingen van VGA. Daarnaast geeft het de risicolimieten aan die een beheerste bedrijfsvoering mogelijk maken, terwijl tegelijkertijd voldaan wordt aan de verwachtingen van de aandeelhouder. Begin 2022, bij het opstellen van de ORSA 2021, is opnieuw de risicobereidheid vastgesteld en zijn de risicolimieten getoetst door het bestuur en de raad van commissarissen. Er zijn diverse scenario’s met een directe impact op het eigen vermogen besproken en er is geconcludeerd dat de eerder gehanteerde risicobereidheidsmarge en risicolimieten nog steeds voldoen. De risicobereidheid van VGA is gebaseerd op de huidige verzekeringstechnische exposure die uit de verzekeringspolissen voortvloeit. Dit wordt als het meest kritische risico ervaren bij het nastreven van de doelstellingen. De financiële bescherming van de verzekerden is de belangrijkste doelstelling van VGA. VGA streeft daarom naar continuïteit, waarbij in de slechtst denkbare omstandigheden VGA nog minimaal twee jaar kan opereren. De risicobereidheid van VGA is behoudend. VGA heeft de risicobereidheid doorvertaald naar strengere interne solvabiliteitseisen dan de wettelijk geldende. De beleggingen vinden alleen plaats in vastrentende producten (zoals obligaties, deposito’s en staatsleningen) met een voldoende rating:
a) gegarandeerde leningen aan (direct of indirect) aan de overheid gerelateerde instellingen met een minimale rating (kredietwaardigheid) van A- (S&P) en/of A3 (Moody’s)
en
b) obligaties of deposito’s uitgegeven door private banken/financiële instellingen met een minimale rating van A (S&P) en/of A2 (Moody’s).
De herverzekeringscontracten zijn aangegaan met een lager eigen behoud dan binnen de verzekeringsbranche gebruikelijk is. Er is extra aandacht besteed aan de gedefinieerde risicobereidheid en de impact daarvan op het eigen vermogen en de solvabiliteitspositie van VGA. VGA doet zaken met gerenommeerde herverzekeraars die voldoen aan de minimale eis van kredietwaardigheid (A- S&P of daaraan gelijkwaardig). Het management beoordeelt de ratings van de (her) verzekeraars ieder kwartaal.
Kapitaalbeleid
Het kapitaalbeleid geeft duidelijkheid aan de aandeelhouder en toezichthouders over de doelstellingen van VGA omtrent kapitaal en solvabiliteit. In het kapitaalbeleid is tevens opgenomen op welke wijze de monitoring van de solvabiliteit plaatsvindt en welke maatregelen er worden genomen indien de SCR ratio beneden de (in de interventieladder) omschreven en afgesproken grenzen komt.
Kapitaal- en dividendbeleid
Vanwege een in 2017 nieuw aangenomen leningen- en garantiebeleid binnen de gemeente Amsterdam, is het verstrekken van een KIV (Kapitaalinstandhoudingsverklaring) aan een deelneming van de gemeente in zijn algemeenheid niet meer toegestaan. De KIV wordt gefaseerd afgebouwd zodat VGA haar kapitaalpositie voldoende kan verstevigen. VGA heeft hierop haar kapitaal- en dividendbeleid aangepast.
Het dividendbeleid tijdens de ingroeiperiode tot uiterlijk april 2023
De ingroeiperiode is de periode die noodzakelijk is voor VGA om een SCR ratio van 250% te bereiken. Gedurende deze periode vindt jaarlijkse toevoeging van het volledige resultaat aan het eigen vermogen plaats totdat de SCR ratio van 250% bereikt wordt. In het (boek) jaar volgend op het jaar waarin de SCR ratio van 250% bereikt wordt, treedt ‘het dividendbeleid ná de ingroeiperiode’ in werking. In 2021 is de SCR ratio van 250% bereikt. Conform het dividendbeleid na de ingroeiperiode (zie onderstaande interventieladder), zal over het resultaat 2022 (vooralsnog) dividend worden uitgekeerd.
Het dividendbeleid ná de ingroeiperiode
Het boekjaar volgend op het boekjaar waarin een SCR ratio van 250% bereikt is geldt het ‘dividendbeleid ná de ingroeiperiode’.
Beknopte weergave van de stappen, als opgesomd in de hierboven opgenomen interventieladder: uitkering van 100% van het resultaat zolang de solvabiliteit na dividenduitkering boven de SCR ratio van 250% blijft, uitkering van 50% van het resultaat zolang de solvabiliteit (de SCR ratio) na uitkering tussen de 200% en 250% blijft en geen dividenduitkering zolang de SCR ratio na uitkering lager is dan 200%. Ter bepaling van de SCR ratio na dividenduitkering zal voor de berekening van de hoogte van het uit te keren dividend een separate actuariële berekening worden gemaakt. De vijf belangrijkste geïdentificeerde risico’s zoals binnen de ORSA vastgesteld worden hieronder beschreven.
1. Verzekeringstechnisch risico
Het verzekeringstechnisch risico betreft het risico dat uitkeringen nu en in de toekomst niet gefinancierd kunnen worden vanuit de premie- en/of beleggingsinkomsten. Om tot een dekkende premiestelling te komen, dienen de schadevoorzieningen zo accuraat mogelijk te zijn. VGA werkt met een adequate systematiek van schadereservering en een passend herverzekeringsbeleid, waarbij rekening wordt gehouden met de aanwezige solvabiliteit. De toereikendheid van de voorzieningen wordt getoetst door een extern actuarieel bureau. Er is een beperking van het verzekeringstechnische risico door aanwezigheid van een stelsel van procedures en criteria voor productontwikkeling, prudent acceptatiebeleid en een prudent reserveringsbeleid. De ontwikkeling van de portefeuille wordt gevolgd door het bestuur. Ieder kwartaal worden rapportages voor het bestuur opgesteld, waarin kostenontwikkeling, omzet, schade- en portefeuilleverloop worden gerapporteerd. Bij verzekeringstechnische risico’s spelen ook herverzekering en fraude een belangrijke rol. Als belangrijkste beheersmaatregel voor de verzekeringstechnische risico´s gelden de herverzekeringscontracten om het eigen vermogen te beschermen en de verzekerde risico´s af te dekken. VGA volgt nauwgezet de ontwikkelingen in de steeds verhardende herverzekeringsmarkt. Marktconsultaties zijn steeds vaker noodzakelijk om een goed beeld te krijgen van de verzekeringsmogelijkheden en -onmogelijkheden in deze markt. De herverzekeringscontracten zijn meerjarig maar jaarlijks opzegbaar en worden geplaatst bij herverzekeraars met een rating van minimaal A- (S&P of gelijkwaardig). Opgenomen clausules maken tussentijds opzeggen op basis van een daling van de rating onder A minus mogelijk. De fraudecoördinator levert een bijdrage aan de fraudebeheersing; zowel bij acceptatie als bij schade van verzekeringen wordt gebruik gemaakt van externe databestanden. Premierisico Dit risico doet zich voor wanneer de risicopremie onvoldoende is voor het gedekte risico onder de lopende contracten. Ieder kwartaal beoordelen we het premierisico. Door de mogelijkheid de premie per jaar aan te passen wordt dit risico als beperkt beschouwd. Royementrisico Het risico dat de verzekeringsportefeuille krimpt als een aantal van de huidige verzekerden besluiten zich niet langer via VGA te verzekeren. Hierdoor wordt de mogelijkheid om benodigde premieverhoging als gevolg van negatieve uitloop door te voeren beperkt. Het royementrisico wordt in de huidige situatie vooralsnog niet substantieel geacht gezien het karakter van captive verzekeraar, waarbij zij als doel heeft de risico’s te verzekeren in het kader van efficiënte verzekeringsprogramma’s voor de gemeente Amsterdam en haar deelnemingen. Uitloop-/Reserverisico Het schadereserverisico is het risico dat de technische voorzieningen onvoldoende zijn voor het dekken van de uitloop. VGA heeft een solide reserveringsbeleid. Significante schadereserves worden door een schade-expert vastgesteld. Er wordt een IBN(E)R reserve voor reeds geleden maar nog niet gemelde schades door een extern actuarieel bureau vastgesteld en jaarlijks wordt een toereikendheidstoets uitgevoerd. Catastroferisico Het nettoverlies als gevolg van het catastroferisico is gelimiteerd tot het eigen behoud per schadegebeurtenis. Het bruto risico van een catastrofe betreft de vordering die op de herverzekeraars kan ontstaan als gevolg van een dergelijke schade. Het verzekeringstechnische risico wordt als beperkt beschouwd vanwege de structuur van het verzekeringsprogramma, met een gelimiteerde netto retentie (per schadegebeurtenis).
2. Kredietrisico
Kredietrisico is het risico dat de waarde van beleggingen en andere financiële vorderingen daalt doordat tegenpartijen geheel of gedeeltelijk niet aan hun verplichtingen voldoen of dat de verwachting is dat ze dat niet zullen doen. Bij de samenstelling van de beleggingsportefeuille kiest VGA voor beleggingen in vastrentende producten, zoals obligaties, deposito’s en staatsleningen, met een voldoende rating:
a) gegarandeerde leningen aan (direct of indirect) aan de overheid gerelateerde instellingen met een minimale rating (kredietwaardigheid) van A- (S&P) en/of A3 (Moody’s) en
b) obligaties of deposito’s uitgegeven door private banken/financiële instellingen met een minimale rating van A (S&P) en/of A2 (Moody’s). Conform het risicomanagementbeleid toetst VGA samen met een onafhankelijke risk finance organisatie ieder kwartaal zowel de beoordeling op de kredietwaardigheid als de betrouwbaarheid van de (her)verzekeraars met wie VGA zaken doet. VGA doet een uitsluitend zaken met (her) verzekeraars met een minimale rating A- (S&P).
3. Marktrisico
Het marktrisico is het risico van negatieve gevolgen van wijzigingen in de marktwaarde van financiële instrumenten als gevolg van schommelingen in wisselkoersen, rentepercentages en aandelenkoersen, gebrek aan marktliquiditeit en onvoldoende diversificatie van de beleggingsportefeuille. De beheersing van het marktrisico in het algemeen richt zich op de gevolgen van financiële veranderingen voor structurele posities. Periodiek vindt matching van activa en passiva plaats. Het beleid omtrent de beleggingen in vastrentende waarden is vastgelegd in het beleggings- en treasurybeleid.
Het beleggingsbeleid heeft een prudent karakter, dat wil zeggen dat gelden uitsluitend worden belegd bij partijen met hoge kredietwaardigheid en dat hoge financiële risico’s en lasten worden beperkt tot het minimum. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de wisselkoers van een vreemde valuta verandert, waardoor een vordering of schuld in vreemde valuta, tot verlies kan leiden. Alle activiteiten en beleggingen van VGA zijn in de eurowaarden waardoor er geen valutarisico ontstaat.
Renterisico Dit betreft het risico dat de waarde van financiële instrumenten wijzigt als gevolg van een verandering in de rentestand. Dit risico is voor VGA beperkt van toepassing op bestaande obligaties, deze worden gewaardeerd op nominale waarde. Dit risico is beperkt van toepassing op de liquiditeiten als gevolg van de huidige rentestand. Aandelenrisico VGA belegt niet in aandelen, waardoor hier geen risico wordt gelopen.
4. Liquiditeits- en concentratierisico
Liquiditeitsrisico is het risico dat er onvoldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan directe verplichtingen te kunnen voldoen. Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door liquiditeiten bij diverse banken met verschillende looptijden te beleggen in verschillende vastrentende producten. Het concentratierisico bij beleggen is het risico dat een groot deel van de portefeuille te geconcentreerd is in één organisatie. Het concentratierisico wordt beperkt door de beleggingen in vastrentende waarden te verspreiden over verschillende partijen.
Kasstroomrisico Kasstroomrisico is het risico dat toekomstige kasstromen, verbonden aan een monetair financieel instrument, fluctueren in omvang. Dit risico is voor VGA beperkt. VGA heeft geen (verzekeringstechnische) verplichtingen die gefinancierd moeten worden uit de verwachte kasstromen.
5. Operationeel risico
Operationeel risico betreft het risico dat ontstaat als gevolg van het falen of tekortschieten van interne processen, menselijke en technische tekortkomingen en onverwachte externe gebeurtenissen. Dat ook VGA, net als iedere andere onderneming met operationele risico’s te maken heeft, is onontkoombaar. Belangrijk is het om de operationele risico’s in kaart te brengen en aan te geven op welke wijze deze met de juiste beheersprocessen en controles kunnen worden beperkt. Het operationele risico wordt deugdelijk beheerst vanwege de aanwezige beheersingsmaatregelen, het kwaliteitsmanagementsysteem en de Administratieve Organisatie en Interne Beheersing. Ter beperking van het operationele risico hanteert VGA een stelsel van interne regels, functiescheidingen en controles die voornamelijk door de lijnorganisatie worden bewaakt. Van de administratieve processen zijn beschrijvingen gemaakt die voor iedereen binnen de organisatie toegankelijk zijn. De polis- en financiële administratie vindt plaats binnen een softwarepakket van een gerenommeerd systeemhuis binnen de branche. De schadegegevens worden geadministreerd in het VGA schaderegistratiesysteem, een schade-applicatie die in opdracht van VGA is ontwikkeld door een gespecialiseerde softwareleverancier. VGA heeft een adequate functiescheiding die bijdraagt aan het beheersen van de operationele risico’s, die binnen de interne processen door menselijke en technische tekortkomingen of onverwachte externe gebeurtenissen kunnen ontstaan. De verzekeringsportefeuille wordt centraal beheerd door de afdeling Verzekeringen. Binnen de organisatie is er een functiescheiding aangebracht tussen het voorbereiden van een betaling en het betaalbaar stellen. Met behulp van een kwaliteitsmanagementsysteem worden interne procedures en controles periodiek aangepast aan de actuele situatie. VGA is verzekerd tegen aansprakelijkheid voor bestuurders en commissarissen, tegen financiële schade door fraude, wettelijke aansprakelijkheid en tegen cyberschade. Onder operationele risico’s vallen ook specifieke risico’s op het gebied van uitbesteding, ICT, integriteit en juridische risico’s.